onbezoldigd ouderschapsverlof
- In cao 4 (omzendbrief 1 april 1999) was voorzien dat het bestaande borstvoedingsverlof zou omgevormd worden tot onbezoldigd ouderschapsverlof. Dit wordt nu uitgevoerd.
- Rechthebbenden:
- Een vastbenoemd en een tijdelijk personeelslid hebben bij de geboorte of adoptie van een kind recht op voltijds onbezoldigd ouderschapsverlof.
- Een personeelslid dat voor een gedeelte van de opdracht verlof wegens moederschapsbescherming tijdens de lactatie geniet, kan voor het resterende gedeelte van de opdracht onbezoldigd ouderschapsverlof nemen.
- Voorbeeld: Een vrouwelijk personeelslid dat een halftijdse opdracht in het kleuteronderwijs en een halftijdse opdracht in het lager onderwijs heeft, kan tijdens de lactatie in het kleuteronderwijs verlof wegens moederschapsbescherming na verwijdering uit een risico nemen en onbezoldigd ouderschapsverlof in het lager onderwijs.
- Duur:
- Maximum 3 maanden (van datum tot dag voor datum, bv van 23 januari tot 22 mei)
- Het moet ononderbroken worden genomen en aanvangen binnen het jaar na de geboorte van het kind.
- Bij adoptie:
- In geval van adoptie moet het onbezoldigde ouderschapsverlof aanvangen binnen het jaar na de inschrijving van het kind als deel uitmakend van het gezin in het bevolkingsregister of in het vreemdelingenregister in de gemeente waar zij hun verblijfplaats hebben.
- Gevolg:
- Het onbezoldigde ouderschapsverlof wordt gelijkgesteld met een periode van dienstactiviteit.
- Tenslotte:
- Het borstvoedingsverlof houdt op te bestaan vanaf 1 april 2009.
- Het borstvoedingsverlof dat echter aanvangt vóór 1 april 2009 en na deze datum eindigt, blijft voor de verdere duur onder de toepassing van de ‘oude’ bepalingen die gelden op 31 maart 2009.
- Personeelsleden die vóór 1 april 2009 borstvoedingsverlof hebben opgenomen voor hun kind, kunnen geen aanspraak maken op het nieuwe “onbezoldigd ouderschapsverlof” voor datzelfde kind.
- Ingangsdatum: 1 april 2009.
- Procedure:
- Geneeskundig attest voorleggen
- Pers 16 naar school sturen